Waterstof uit biomassa kan mogelijk bijdragen aan een CO2-arme energievoorziening
Persbericht
Groningen, 14 april 2022
Alternatieven voor aardgas staan hoog op de agenda. Vergassing van biomassa heeft een flexibele output en kan daarmee op de korte termijn groen gas als vervanging van aardgas leveren maar ook op de langere termijn een bron van waterstof zijn. In een door GasTerra gesteunde studie van het Center for Energy Economics Research (CEER) van de Rijksuniversiteit Groningen (RUG) laat onderzoeker Peter Perey zien dat groene waterstof tegen vergelijkbare kosten uit biomassa geproduceerd kan worden als uit elektrolyse. Bovendien kunnen beide ‘groene’ opties onder de juiste omstandigheden concurreren met aardgas met CO2-afvang. GasTerra ziet in het onderzoek voldoende aanleiding om te pleiten voor verdere technische en economische ondersteuning van de biomassaroute.
In het onderzoek van de RUG analyseert Perey de verschillende technieken voor productie van CO2-arme waterstof en vergelijkt deze onderling op basis van productiekosten volgens de Levelized Cost Of Hydrogen (LCOH). In Europese en nationale energiestrategieën wordt CO2-arme waterstof in toenemende mate gezien als een optie om tot een energiesysteem te komen dat niet alleen voldoende duurzaam, maar ook betrouwbaar en betaalbaar is. Toepassing van waterstof wordt voor bijna alle sectoren als mogelijkheid voorzien om tot reductie van CO2-emissies te komen: in de industrie, transport, elektriciteit en voor hoge én lage temperatuur verwarming.
Recent zijn ambitieuze plannen ontwikkeld om tot grootschalige productie van waterstof te komen. Perey geeft aan dat het veelal gaat om productie met elektrolyse uit duurzame elektriciteit. Ook productie uit aardgas via het proces van stoom-methaan-reforming (SMR) met CO2-afvang en opslag (CCS) wordt vaak genoemd, maar deze techniek is zoals Perey aangeeft meer controversieel. Een derde route is de productie uit biomassa. GasTerra heeft CEER gevraagd hier onderzoek naar te doen om de beperkte kennis te vergroten die hierover beschikbaar is.
Het onderzoek van Perey laat zien dat in de huidige markt alle CO2-arme routes productiekosten kennen die resulteren in een LCOH lager dan 5 €/kg. In het basisscenario is SMR met CCS de goedkoopste optie, gevolgd door elektrolyse. Perey heeft een tweetal productieroutes uit biomassa bekeken en concludeert dat gecombineerde torrefactie en vergassing (CTG) meer concurrerend is dan superkritische watervergassing (SCW). Dat beide minder gunstig uitkomen, komt met name door relatief zwaarwegende investerings- en operationele kosten. Daarnaast veronderstelt het basisscenario dat als de techniek grootschalig ingezet zal worden de inkomsten uit bijproducten beperkt zullen zijn en dat biomassa relatief schaars en dus niet goedkoop zal zijn.
In een aantal alternatieve doorrekeningen blijkt dat er wel grote kansen liggen voor waterstof uit biomassa. Het gaat dan om een lagere biomassaprijs, toepassing van alternatieve grondstoffen die intrinsiek een lagere prijs hebben of hoger opbrengsten van bijproducten zoals ‘biochar’. Dat geldt zeker als de huidige extreem hoge prijzen voor gas en elektriciteit langere tijd gehandhaafd blijven.
Ten slotte wordt in het onderzoek ook geanalyseerd wat de impact is van verder technologische ontwikkelingen. Zowel voor elektrolyse als de biomassaroute is de verwachting dat verdere toepassing kan leiden tot lagere kosten. Onder bepaalde voorwaarden leidt ook dat er toe dat de productie uit biomassa goedkoper zal zijn dan elektrolyse en zelf goedkoper dan uit aardgas met CCS. Een bijkomend voordeel is dat het anders dan bij de andere opties mogelijk zelf leidt tot negatieve CO2-emissies. In het geval van CTG kan dat door de biochar als grondstof in te zetten, terwijl dit bij SCW het geval is door combinatie met CCS. GasTerra ziet daarom voldoende redenen in het onderzoek om te pleiten voor meer aandacht voor deze productieroute.
GasTerra geeft hier een eigen samenvatting van het onafhankelijk onderzoek door CEER. Op punten brengen we daarbij eigen nuances aan. We nodigen iedereen uit het oorspronkelijke rapport te lezen, dat vandaag is gepubliceerd.
